10. Kansen voor ondernemers, oog voor kwetsbaren
Het Griekse woord voor econoom, oikonomos, komt in de Bijbel meermaals voor en wordt veelal vertaald met ‘rentmeester’. Zoals een rentmeester de verantwoordelijkheid heeft het bezit van een ander te beheren en te gebruiken, zo heeft de mens de taak gekregen deze aarde te bouwen en te bewaren. Deze houding vormt een belangrijk vertrekpunt voor hoe wij kijken naar onze economie. Ongebreidelde groei en materialisme is zeker niet het Bijbelse ideaal. Ons economisch handelen moet tot doel hebben dat mens en maatschappij opbloeien. Daarom moeten we toe naar een economie die gebaseerd is op waarden, die robuust, sociaal, duurzaam en innovatief is. Dat vraagt om een goed vestigingsklimaat, met rechtvaardige belastingen voor burgers én minder administratieve rompslomp voor ondernemers. Dat vraagt ook om bescherming van werknemers, maar wel zo dat werkgevers hen graag in dienst blijven nemen.
Onze economie is er voor de samenleving – niet andersom. En een samenleving die niet omziet naar de meest kwetsbaren is geen sámenleving. Vanuit Bijbelse naastenliefde dient de overheid een schild voor hen te zijn. Er moet zoveel mogelijk gedaan worden om mensen aan het werk te helpen en te houden. Werken is immers een Bijbelse roeping en geeft zin en structuur aan het leven. Het is ook een verantwoordelijkheid van mensen om door te werken in levensonderhoud te voorzien. Zij die niet kunnen werken, laten we niet aan hun lot over, maar worden ondersteund – aanvullend op de ondersteuning vanuit familie, kerk en maatschappij – door zorg te dragen voor een fatsoenlijk bestaansminimum en een goede pensioenvoorziening.
In het Israël van het Oude Testament mocht er geen enkele bedelaar zijn: armoede diende krachtig bestreden te worden (Deuteronomium 15:4). De hele samenleving is medeverantwoordelijk voor armoedebestrijding. Daarom verdienen maatschappelijke initiatieven ruim baan. Aan de overheid de taak de samenleving op te laten bloeien in plaats van dicht te reguleren. Te veel huishoudens hebben in ons land te weinig inkomen om van rond te komen.
Economie met hart voor waarden
De SGP wil toegroeien naar een economie die niet enkel drijft op euro’s, maar die waardengedreven is. Een economie die stevig staat en niet bij het eerste zuchtje wind omvalt. Een economie met oog voor de mens en omgeving. En een economie die creatief is en voortdurend innoveert. Kortom: robuust, sociaal, duurzaam en innovatief.
- De onbeperkte mogelijkheden voor het aantrekken van vreemd geld worden tegengegaan, zodat niet-levensvatbare bedrijven zich hier niet mee volladen.
- Een sociale economie betekent dat iedereen erbij hoort en meedoet, van de schoonmaakster tot de directeur. Een werkgever biedt zijn werknemer geen flutcontractjes aan, maar maakt werk van een duurzame arbeidsrelatie. Bij salarisonderhandelingen wordt het salaris van een laagbetaalde medewerker niet nog verder uitgeknepen.
- De zondag als gemeenschappelijke rustdag laat ons op adem komen. Werknemers kunnen niet worden gedwongen om op zondag niet-noodzakelijke werkzaamheden te verrichten.
- Bedrijven worden (financieel) gestimuleerd duurzame en eerlijke keuzes te maken en te investeren in de lange termijn, door middel van fiscale aanpassingen en verruiming van subsidies.
- De overheid selecteert bij aanbestedingen niet alleen op de laagste prijs, maar stimuleert in haar inkoopbeleid ook duurzame en sociale keuzes.
- De studiekeuze zal in de toekomst meer vraaggestuurd worden benaderd, door middel van een maximumstudentenaantal voor bepaalde opleidingen.
- Ondernemingen die veel gebruikmaken van laagbetaalde, veelal buitenlandse medewerkers stimuleren we in te zetten op arbeidsbesparende technologie en slimmer werken. Ook publieke sectoren moeten hierin stappen zetten.
- De regionale economie wordt versterkt door extra te investeren in de regionale ontwikkelingsmaatschappijen.
- Er komt meer geld voor praktijkgericht onderzoek door hogescholen in samenwerking met het regionale mkb. De overheid draagt voortaan 50% bij aan publiek-private samenwerking in plaats van 30%.
Een warm vestigingsklimaat voor ondernemers
Ondernemers zijn de motor van onze economie. Ze zorgen voor banen, zodat anderen kunnen werken voor hun dagelijks brood. Ze leveren producten en diensten die de samenleving nodig heeft. Of het nu gaat om de industrie, het grootbedrijf, de mkb’er of de zelfstandig ondernemer, laten we ons bedrijfsleven koesteren. Basisvereiste hiervoor is voorspelbaar overheidsbeleid zodat ondernemers weten waar zij van op aan kunnen, zeker ook ten aanzien van belastingen. Een einde aan gezwabber dus.
- Overheid en bedrijfsleven maken afspraken in een langjarig, nationaal ondernemersakkoord over onder meer belastingklimaat, regeldruk, verduurzaming en financiering. De overheid committeert zich op haar beurt aan het aanpakken van knelpunten, zoals netcongestie, arbeidskrapte en infrastructuur.
- Familiebedrijven denken in generaties en niet in kwartalen. Zij verdienen daarom onze steun. De bedrijfsopvolgingsregeling blijft behouden.
- De winstbelasting voor het bedrijfsleven en de werkgeverslasten worden verlicht, vooral gericht op het mkb. Vaak zijn dit familiebedrijven, ondernemingen in de maakindustrie en andere bedrijven die zorgen voor veel werkgelegenheid.
- De overheid gaat private financiering lostrekken en verbreedt het palet aan publieke en private financiering. Er komen verbeterde garantiestellingen voor kleine kredieten en grote financiers, zoals pensioenfondsen, worden gestimuleerd hun geld hierin te steken.
- Het blijft fiscaal aantrekkelijk te investeren in onze economie. De durfkapitaalregeling keert terug, zodat het verstrekken van financiering aan startups en snelgroeiende bedrijven met veel potentie en een hoog risico wordt gestimuleerd.
- Het wordt aantrekkelijker slapend spaargeld te steken in een bedrijf van familie of vrienden door introductie van de win-win-lening.
- Er wordt werk gemaakt van een eerlijk financieringsspeelveld, zodat ook non-bancaire financiers beter toegankelijk zijn voor mkb-bedrijven.
- Professionele crowdfunders die over een ECSPR-vergunning beschikken zouden ook gebruik moeten kunnen maken van de Borgstelling MKB-kredieten.
- De concurrentiepositie van de Nederlandse industrie verslechtert zienderogen. Zelfs de kostenverschillen met omliggende landen lopen op door stijgende nettarieven en een nationale CO2-heffing boven op het Europese emissiehandelssysteem. De nettarieven moeten omlaag, de CO2-heffing van tafel. Beter groen hier, dan grijs elders.
- Bedrijven zitten klem doordat ze lang moeten wachten op de noodzakelijke aansluiting op het volle stroomnet. Voor aanpak van netcongestie moet alles uit de kast gehaald worden, zonder taboes.
- Om Nederlandse scheepswerven te beschermen tegen buitenlandse werven met een voorsprong door staatssteun, keert de garantieregeling scheepsbouw terug.
- De maritieme maakindustrie, zoals in de Drechtsteden, is van grote waarde voor Nederland waterland. Daarom versterken we de innovatiemotor voor deze sector, bijvoorbeeld door snel in te zetten op duurzame en schone aandrijvingen.
- De start van bedrijfs(vak)scholen bij mkb-bedrijven wordt financieel gestimuleerd.
Ruimte voor zzp’ers
Er moet een einde komen aan de voortdurende onzekerheid voor zzp’ers. Zelfstandigen krijgen eindelijk de wettelijke erkenning die zij verdienen door een heldere definitie met bijbehorende criteria vast te leggen.
- Met de zelfstandigenwet wordt hiervoor een sectoraal rechtsvermoeden en een toets op zelfstandigheid en werkrelatie geïntroduceerd. Dat biedt vooraf duidelijkheid aan de zelfstandige en opdrachtgever.
- Door het toezicht te richten op sectoren waar sprake is van een verhoogd risico op schijnconstructies en uitbuiting wordt schijnzelfstandigheid tegengegaan.
- Zzp’ers worden vooraf actief geïnformeerd over de mogelijke consequenties en risico’s van ondernemerschap. Het treffen van eigen voorzieningen voor situaties van inkomensverlies bij arbeidsongeschiktheid en pensioen wordt aangemoedigd en beter gefaciliteerd. Het beleid moet rekening houden met mensen die zichzelf niet kunnen redden en geen sociaal vangnet hebben.
- Er komt een opt-out op de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zzp’ers die gegarandeerd en langjarig zelf andere, passende maatregelen voor hun risico’s treffen.
- Zzp’ers in de agrarische sector worden uitgezonderd van de verzekeringsplicht vanwege de specifieke positie van deze sector en de beschikbaarheid van beter passende arrangementen die in deze sector gangbaar zijn.
- Mensen met gewetensbezwaren worden niet verplicht deel te nemen aan een regeling met een verzekeringskarakter.
Meer vertrouwen en minder regels
Vertrouwen vormt de basis van een samenleving. De wereld is niet maakbaar. Dat betekent dat Den Haag en Brussel zich bescheidener gaan opstellen en alle ruimte bieden aan het maatschappelijk middenveld om initiatieven op te zetten.
- Er komt een uitgebreide regelschrapoperatie waarbij zeker een kwart van de regels verdwijnt.
- Het leeuwendeel van de regeldruk komt uit de Brusselse beleidstorens. Bij de EU wordt aangedrongen op het aanpakken van onwerkbare regels en ambities, bijvoorbeeld ten aanzien van de Green Deal en Europese Natuurherstelverordening.
- De regering wordt verplicht adviezen van regeldrukwaakhond ATR in principe op te volgen, tenzij zwaarwegende redenen zich daartegen verzetten.
- Het stapelen van aanvullende beleidsregels door toezichthouders of uitvoeringsorganisaties op bestaande regels is onwenselijk en wordt actief tegengegaan.
- Inspecties en autoriteiten gaan veel meer werken vanuit vertrouwen en zetten in op zelfregulering, risicogericht toezicht en publiek-private samenwerking.
- Het op kosten jagen van bedrijven en maatschappelijke organisaties door fikse, veelal generieke werkgeversverplichtingen, zoals de Wet Verbetering Poortwachter, moet aangepakt worden.
- De risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) kan en moet eenvoudiger, zeker voor de kleinere werkgever. De verplichte, externe toetsing gaat op de schop, onder andere door ervoor te zorgen dat hiervoor niet langer drie dure kerndeskundigen nodig zijn.
- De land- en tuinbouw is de sector met de hoogste regeldruk. De SGP wil werkbaar beleid, toekomstperspectief voor de duizenden agrarische gezinsbedrijven en meer doelvoorschriften in plaats van een stapeling middelvoorschriften.
- Nederland biedt marktkooplui met kortdurende standplaatsvergunningen meer ruimte, en zet zich indien nodig ook in Europees verband hiervoor in.
- De knellende privacyregels worden kritisch tegen het licht gehouden, ontdaan van nationale koppen en in lijn gebracht met de implementatie in andere lidstaten.
Rechtvaardige belastingen op basis van draagkracht
Om de uitgaven van de overheid te betalen zijn belastingen nodig als inkomstenbron. Een voluit Bijbels principe (Romeinen 13:6). Belastingheffing moet eerlijk en rechtvaardig zijn. Rekening houdend met de draagkracht van belastingplichtigen.
- De SGP wil dat werken lonender wordt en dat er meer belast wordt naar gebruik. Daarom verlagen we de lasten op arbeid en verhogen we de belastingen op consumptie.
- De vliegbelasting wordt verhoogd en het tarief wordt afhankelijk van de afstand. Tegelijkertijd wordt internationaal treinverkeer juist gestimuleerd.
- De btw op het openbaar vervoer wordt afgeschaft.
- De belasting op vermogen (box 3) wordt gebaseerd op het daadwerkelijk behaalde rendement. Door de lage rente is de huidige belastingdruk namelijk veel te hoog in relatie tot de opbrengst van bijvoorbeeld spaargeld en onroerend goed. We belasten het rendement als dat liquide is en houden zo veel mogelijk rekening met de inflatie.
- Inkomens van mensen zijn niet gelijk, vermogens zijn dat ook niet. De SGP wil daar een eerlijk debat over. Geen jacht op ‘grote vermogens’, maar een rechtvaardige belasting. De erfbelasting verhogen we niet.
- Grote ondernemingen blijven een eerlijke bijdrage aan de totale belastingopbrengst leveren. Bijvoorbeeld bij multinationals blijkt nog te vaak dat ze nauwelijks belasting in Nederland afdragen. De mazen in ons fiscale stelsel worden gedicht.
- De autobelastingen zijn voortdurend onderhevig aan veranderingen, onder andere door technologische ontwikkelingen. De SGP wil stabiliteit en langjarige zekerheid, gericht op elektrificatie van het wagenpark en vermindering van de uitstoot, maar met oog voor de haalbaar- en betaalbaarheid.
- Kringloopwinkels waarvan de opbrengst uitsluitend aan goede doelen wordt besteed, hoeven geen omzet- en vennootschapsbelasting te betalen.
- De verbruiksbelasting op niet-alcoholvrije dranken moet zo snel mogelijk aangepast worden, zodat een gedifferentieerd tarief op basis van toegevoegde suikers ingevoerd kan worden.
Een stabiel financieel stelsel
Het financiële stelsel is van cruciaal belang voor burgers en bedrijven, maar bijvoorbeeld ook voor verenigingen en stichtingen. Het stelsel moet toegankelijk blijven. Ten dienste van de gebruikers. Met oog voor kwetsbare groepen en met respect voor privacy.
- Nog steeds gebruiken heel veel mensen contant geld, maar de toegang tot contant geld staat steeds meer onder druk. Er komt, op initiatief van de SGP, reeds een acceptatieplicht van contant geld. Deze moet zo snel mogelijk ingevoerd worden, zonder onnodige uitzonderingen. Een digitale euro is daarentegen niet nodig.
- De giftenaftrek moet behouden blijven. Het stimuleert vrijgevigheid en liefdadigheid. Om geefgedrag te verhogen moet voor giften aan in ieder geval noodhulp, ontwikkelingshulp en kerken een multiplier van 1,25 in de giftenaftrek ingevoerd worden.
- Instellingen die het algemeen nut beogen (ANBI’s) zijn voor een maatschappij als de onze van onschatbare waarde. Regels moeten dan ook niet onnodig in de weg zitten. De voorwaarden om te voldoen moeten echter wel scherp zijn en alertheid op oneigenlijk gebruik is geboden.
- Witwassen is onaanvaardbaar en moet worden bestraft, maar de huidige aanpak is doorgeschoten. Onder andere verenigingen en ondernemers lijden onder de onevenredige lastendruk. Er komt een risicogerichtere aanpak waarbij niet iedere ongebruikelijke transactie onder de loep wordt genomen, maar enkel verdachte transacties.
- Veel organisaties en ondernemers hebben door strenge regelgeving moeite met het openen van een bankrekening, terwijl de risico’s op bijvoorbeeld witwassen soms klein zijn. De toegang tot bankrekeningen wordt verbeterd. Er komt in ieder geval een wettelijk recht op een bankrekening voor ondernemingen, verenigingen en stichtingen, tenzij zwaarwegende redenen dat onmogelijk maken.
Zorg voor dagelijks brood
Mensen met armoede en schulden laten we niet aan hun lot over. We maken daarom werk van het voorkomen van armoede en schulden door in te zetten op financiële educatie en preventie. Het cynische verdienmodel van ‘nu kopen, later betalen’ moet doorbroken worden. Een maatschappelijke ‘keten’ van bedrijven, kerken en andere organisaties gaat om mensen met geldzorgen heen staan en hen bijstaan.
- We maken werk van een fatsoenlijk bestaansminimum met een vierjaarlijkse herijking en een daling van kinderarmoede.
- De boodschappenprijzen hakken er in menig gezinsportemonnee flink in. De SGP wil dat de hele keten zijn verantwoordelijkheid neemt en zorgdraagt voor eerlijke prijzen die niet veel hoger zijn dan in buurlanden. De overheid verlaagt loonkosten en energieprijzen voor deze bedrijven en geeft de Autoriteit Consument & Markt meer bevoegdheden op te treden tegen excessieve prijsopdrijving.
- Energie is een eerste levensbehoefte. De energiebelasting voor kleinverbruikers mag een prikkel zijn om zuinig aan te doen, maar moet huishoudens niet klemzetten. Er komt een sociaal tarief, een maximum energieprijs, voor kwetsbare huishoudens.
- Overheden steunen de inzet van energiecoaches om kwetsbare huishoudens met eenvoudige maatregelen te helpen energie te besparen en de energierekening te verlagen.
- Met één eenvoudig toegankelijk gezinsportaal wordt inzichtelijk op welke (inkomens)ondersteunende regelingen ouders recht hebben.
- De opgebouwde landelijke infrastructuur van schuldhulpvrijwilligers wordt geborgd door structureel een minimumbudget van 20% van het budget voor schuldenaanpak uit te geven aan informele schuldhulpverlening.
- In samenwerking met Nederlandse Schuldhulproute en SchuldHulpMaatje komt er een landelijk schuldendashboard, dat ook preventief wordt ingezet.
- Een nieuw maatschappelijk verantwoord incassostelsel wordt ingericht, waarbij onnodige rechtsgang wordt voorkomen en gerechtsdeurwaarders een grotere verantwoordelijkheid krijgen voor een duurzame oplossing.
- De overheid creëert een landelijk incassopunt voor lokale en landelijke overheidsincasso’s en gaat op terughoudende en menselijke wijze om met boetes en aanmanings- en incassokosten.
Zie hoofdstuk 4 voor meer voorstellen over de gezinsportemonnee.
De arbeider is zijn loon waard
Werk is meer dan inkomen. Het is een roeping en verantwoordelijkheid. De arbeidsmarkt is gericht op stabiele arbeidsverhoudingen en er blijft ruimte voor flexibiliteit in bepaalde gevallen. Er komen meer mogelijkheden om werknemers in dienst te nemen en te houden. Om de arbeidskrapte tegen te gaan, wil de SGP de publieke sector verkleinen, regeldruk verminderen en technologische vooruitgang en concurrentiekracht aanjagen.
- Een werkoffensief moet ervoor zorgen dat mensen die in deze krappe arbeidsmarkt aan de kant zitten weer aan het werk gaan. Voor hen die niet (meer) kunnen werken, dienen er voldoende beschutte werkplekken te zijn.
- De no-riskpolis wordt breed beschikbaar ter ondersteuning van werkgevers die iemand met een beperking in dienst nemen.
- Het wordt voor bedrijven eenvoudiger mensen uit de doelgroep banenafspraak aan het werk te helpen door te snoeien in het aantal loketten en subsidies. Er komt een offensief om de achterstand van de overheid ten aanzien van de banenafspraak in te lopen.
- De positie van de flexwerker wordt verbeterd om onzekerheid in werk en inkomen tegen te gaan, met oog voor die flexwerkers die juist behoefte hebben aan keuzevrijheid ten aanzien van hoeveel en wanneer zij werken.
- De verplichte loondoorbetaling bij ziekte wordt in een eerste stap verkort van twee naar anderhalf jaar.
- Het vaste contract wordt aantrekkelijker gemaakt, onder andere door werkgeverslasten te verlichten en meer ruimte te bieden voor tussenvormen.
- De transitievergoeding die wordt ingezet om bij (naderend) ontslag te begeleiden naar een nieuwe baan, wordt afgeschaft of aanzienlijk vereenvoudigd.
- Voor het vervullen van topfuncties hanteert de overheid geen quota voor bepaalde doelgroepen. Ook in het bedrijfsleven wordt gewoon de beste kandidaat gekozen.
Een vangnet voor kwetsbaren
De overheid is het schild voor de zwakken. Het beleid moet rekening houden met mensen die zichzelf niet kunnen redden en geen sociaal vangnet hebben. Een adequaat vangnet is daarom onmisbaar. Voorop staat dat wie kan werken deze verantwoordelijkheid neemt. Dit wordt ook gestimuleerd, onder andere door de inkomensachteruitgang bij (gedeeltelijke) terugkeer naar werk op te heffen. Een gedegen uitvoering en berekening is van wezenlijk belang voor uitkeringsgerechtigden, aangezien dat hun levensonderhoud raakt.
- Bij het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) wordt orde op zaken gesteld zodat fouten worden hersteld en de uitvoering en interne processen verbeterd.
- Er komt gelijkheid tussen private en publieke uitvoering van de sociale zekerheid zodat private uitvoerders het UWV werk uit handen kunnen nemen, zoals bij de re-integratie bij de eigen werkgever en het wegwerken van de enorme UWV-wachtrij.
- De bijstand biedt een minimumvoorziening voor de basale levensbehoeften. Uitgangspunt moet zijn dat burgers zoveel en zo snel mogelijk werk aanvaarden.
- Alleen mensen die zelf echt niet kunnen rondkomen hebben recht op een uitkering. Voor wie wel kan maar niet wil werken, vervalt het recht op bijstand.
- Te veel mensen komen niet rond van een bijstandsuitkering. De bijstand wordt daarom stapsgewijs verhoogd en blijft gekoppeld aan het wettelijk minimumloon.
- De werkloosheidsuitkering begint hoger en wordt trapsgewijs afgebouwd, zodat de inkomensval bij werkloosheid kleiner wordt. De duur van de werkeloosheidsuitwerking gaat naar één jaar, waarbij de opbouw van rechten over een langere periode verloopt.
Een beschermde oude dag
Een financieel gezonde oude dag verdient bescherming. Zeker voor kwetsbare gepensioneerden met een klein pensioen. Tegelijk staat het huidige stelsel onder druk door toenemende vergrijzing. Dat dwingt tot keuzes. Zodat de oude dag beschermd blijft, voor nu en later.
- De in- en uitvoering van de Wet toekomst pensioen wordt nauwlettend gemonitord. De SGP staat daarbij open voor noodzakelijke aanpassingen die de wet beter maken en uitvoerbaar houden.
- Deelnemers moeten in ieder geval beter gehoord worden bij de overgang naar het nieuwe stelsel, bijvoorbeeld door verbetering van het bestaande hoorrecht.
- Politieke ambtsdragers gaan zo snel mogelijk onder het nieuwe stelsel vallen.
- Door aanpassing van werkzaamheden of omscholing wordt ingespeeld op de situatie van werkenden met een zwaar beroep, die daardoor niet tot hun pensioen hetzelfde werk kunnen blijven uitoefenen. Ook blijft de mogelijkheid bestaan om vroegtijdig te stoppen met werk, via de regeling voor vervroegd uittreden (RVU), mits deze gericht en afgebakend vormgegeven wordt.
- Naast eerder stoppen met werken, moet het ook mogelijk worden om de Algemene Ouderdomswet (AOW)-uitkering later in te laten gaan, waarbij de uitkeringen in latere jaren stijgen.
- Na jarenlange stijging groeit de levensverwachting de laatste jaren minder snel. Op dit moment kan de pensioenleeftijd niet dalen als de levensverwachting daalt. De SGP wil dat dit wel mogelijk wordt. Ook wordt de pensioenleeftijd weer sterker gekoppeld met de levensverwachting.
- De SGP wil een toekomstbestendig AOW-stelsel, maar dit staat door de vergrijzing onder druk. Daarom zetten we in op verbeteringen die de pensioenvoorzieningen robuust en betaalbaar houden.
- Bij sommige gepensioneerden bestaat de oudedagsvoorziening alleen uit een AOW-uitkering, eventueel aangevuld met een ‘klein pensioen’. Terwijl de prijzen stijgen, kunnen zij soms maar net de eindjes aan elkaar knopen. Hun koopkracht moet beschermd worden.
- In het beleggingsbeleid van pensioenfondsen moet het realiseren van een koopkrachtig pensioen centraal staan. Het voeren van activistisch beleid of het nastreven van ideële doelen mag daarin niet leidend zijn.
- Het nabestaandenpensioen moet verbeterd worden. Er komt meer bescherming voor nabestaanden en meer inzicht in de opgebouwde rechten. Ook moeten schrijnende gevallen gerichter voorkomen worden, omdat nabestaanden bijvoorbeeld niet weten dat ze niet meer verzekerd zijn of dat hun afgedragen pensioenpremies opeens niet meer voor hen beschikbaar zijn. Daarom wordt er onder andere een vorm van restitutie ingevoerd in het nabestaandenpensioen.
Doneren
Is een lidmaatschap niet wat je zoekt, of je bent al lid? Ook financiële steun stellen wij erg op prijs.
Werk mee
Wil jij bijdragen aan het behalen van onze doelen? Bekijk dan de openstaande vrijwilligers- en vaste functies.