22 juni 2021

Investeer in gezinnen || Chris Stoffer in het Nederlands Dagblad

Lees hier het opiniestuk van SGP-Kamerlid Stoffer in het Nederlands Dagblad van dinsdag 22 juni 2021. 

Zoveel mogelijk kinderen van 0 tot 4 jaar op zijn minst twee dagen in de week naar de kinderopvang. Dat advies stuurde de Sociaal-Economische Raad aan informateur Hamer die de lijnen uitzet voor een nieuw kabinet. Linkse partijen roepen al langer dat er gratis kinderopvang moet komen. D66 wil zelfs een ‘rijke schooldag’ met een dagvullend programma en een warme lunch voor ieder kind.

Als het aan de SER ligt, waarvan mevrouw Hamer zelf trouwens de voorzitter is, krijgen ouders minimaal twee dagen kinderopvang cadeau. Ongevraagd. Met dien verstande dat alleen officieel door de staat goedgekeurde kinderopvang vergoed wordt. De ‘arbeidseis’ van twee dagen wordt losgelaten, dus het maakt niet meer uit of vader en/of moeder werken. Zo worden alle ouders gepusht om hun kind naar de opvang te sturen. De staat betaalt!

Deze ideeën doen steeds meer vermoeden dat we een soort staatscrèche moeten krijgen. Dat ‘vermoeden’ is niet uit de lucht gegrepen. Volgens de SER moet kinderopvang “de norm” worden. Kort samengevat: ouders mogen vanaf de zijlijn toekijken hoe de ‘professional’ overdag hun kind opvoedt. Alsof ouders niet zélf de opvoeders bij uitstek zijn! Bijna een kwart van de werkende ouders van jonge kinderen kiest er, om heel verschillende redenen, bewust voor om hun kroost zelf op te voeden en geen gebruik te maken van opvang.

Al jaren is de mantra van de overheid: ouders moeten de arbeidsmarkt op om betaald werk te gaan doen. Maar de vraag is: waarom zou dat moeten? Is dit geen achterhaald standpunt? Leert de coronacrisis ons niet dat de economie van ‘meer, meer, meer’ niet het één en al is? Juist waarden als familie, gezin en gemeenschapszin kregen in het voorbije jaar meer glans. Laten we deze waarden niet direct weer afschrijven, maar juist doorgeven aan de volgende generatie. Als we dan toch voor ‘meer’ willen gaan, laat het dan meer tijd en aandacht zijn voor relaties en kinderen.

Maar is het dan geen goed idee met professionele kinderopvang de kansenongelijkheid te verkleinen? Zeker, ieder kind moet zich goed kunnen ontwikkelen. Of je nu in de Haagse Schilderwijk woont of in het Gooi met een Porsche naar school wordt gebracht. Kansarme gezinnen en kinderen moeten op maat geholpen worden. Zo doe je hen meer recht dan wanneer alle kinderen richting de kinderopvang worden geduwd.

Investeren in een kansrijke start voor alle kinderen begint, wat de SGP betreft, bij investeren in gezinnen. Dát loont, juist ook voor de ontwikkeling van het jonge kind. Politici en beleidsmakers die zich daarbij eenzijdig richten op kinderopvang door mensen die dat beroepsmatig doen, verkijken zich. Natuurlijk kan opvang soms nuttig en behulpzaam zijn, maar de rol van ouders en het belang van een stabiele basis in het gezin is vele malen belangrijker.

Daarom is een veel bredere investering nodig in gezinnen, opvoeding en onderwijs. Niet voor niets kent Vlaanderen een minister van Welzijn, Volksgezondheid én Gezin. Een goed voorbeeld, ook voor Nederland. En: wat van waarde is, mag ook wat kosten. Zo kregen gezinnen in Duitsland tijdens de coronacrisis een kinderbonus van 300 euro per kind. Een mooi gebaar! Nederland bungelt daarentegen nog steeds ergens onderaan het internationale vergelijkingslijstje als het gaat om wat de overheid uitgeeft aan gezinnen. We zitten ver onder het Europees gemiddelde.

Dat kan en moet anders. Investeren kost geld, maar levert, als het goed wordt gedaan, nog veel meer op. Laat Nederland daarom gaan voor een gezinsvriendelijk belasting- en toeslagenstelsel. De miljarden belastinggeld die nu bestemd zijn voor de kinderopvangtoeslag en alleen naar de kinderopvangorganisaties stromen, kunnen veel beter en efficiënter ingezet worden. Ondersteun álle gezinnen met dat geld door voor hen meer kindgebonden budget en kinderbijslag te reserveren. Kortom, mijn advies voor de formatietafel: zet in op het gezin!