7 oktober 2020

De staat, de kerk en Staphorst

 

Het coronavirus flakkert weer op. De voortekenen wijzen erop dat we weer richting een lockdown afglijden. Deze uitermate zorgelijke ontwikkeling is bepaald niet te wijten aan de kerken. Slechts 1 op de 1000 besmettingen is te herleiden tot een kerkelijke of andere religieuze samenkomst.

De kerkgemeenschappen hebben zich de afgelopen maanden zorgvuldig aan de RIVM-voorschriften en protocollen gehouden. Minister-president Rutte gaf vorige week de kerken daarvoor een dik compliment. Maar eind vorige week werden ‘feitenvrije’ verdachtmakingen opgeklopt en ontstond er een rel in de media. Een volksgericht incluis doodsbedreigingen stormde vervolgens over de Staphorster dorpskerk.

Dat de kerk 3,5 ton geïnvesteerd had in een robuuste luchtverversingsinstallatie vonden de mainstream-media niet relevant om te melden. 

De feiten deden er ‘natuurlijk’ niet toe. Dat de kerk 3,5 ton geïnvesteerd had in een robuuste luchtverversingsinstallatie vonden de mainstream-media niet relevant om te melden. Dat de samenkomsten in drie aparte ruimten plaatsvonden evenmin. De ‘megakerk’ in Staphorst was hoe dan ook onverantwoord bezig. Het oordeel was snel geveld: een superspreader. Zelfs christenen sprongen mee op die trein en namen soms mijlenver afstand van hun broeders en zusters in het geloof.

Minister Grapperhaus die na zijn ‘minder-dan-30-centimeter-bruiloft’ een dijk van een geloofwaardigheidsprobleem heeft, nam fluks de vlucht naar voren. Als een haan op de kerktoren zwiepte hij om bij de eerste bries aan misplaatste commotie. Het eerder uitgedragen idee van maatwerk voor kerken ging aan diggelen. Tijd voor een feitencheck werd niet genomen. De kerkenkoepel CIO kwam daar helaas ook niet aan toe, maar ging zonder dralen door de knieën voor de opinie van de straat. Het is zeer de vraag of de kerken wel ‘het goede voorbeeld geven’ door zo snel toe te geven aan rondgebazuinde roddels en tot excessen opgeblazen kerkdiensten. Met misschien onderhuids ook nog de pretentie dat de kerken door ‘in hun eigen vlees te snijden’ eigenlijk toch wel veel beter bezig zijn dan voetbalsupporters van Willem-II.

Overigens is hiermee niet gezegd dat niemand vragen mag stellen bij kerkdiensten met zo’n 500 bezoekers waar ook wordt gezongen. Is dat wel veilig, gelet op de snelle stijging van het aantal besmettingen in de laatste weken? Uit het oogpunt van de volksgezondheid mag een kerkenraad hierop worden aangesproken. En de Staphorster kerk heeft, net als iedere andere instantie, de plicht zich hierover in alle openheid te verantwoorden. Zij hoeft en heeft niets te verbergen. Zo nodig kan de kerk besluiten om in te schikken. De kerken hebben aangetoond dat ze hiertoe bereid en in staat zijn passende maatregelen te nemen. Op basis van deze feiten is er geen reden om de kerken ervan te verdenken dat zij zich niet zouden bekommeren om het belang van de volksgezondheid. Een goed gesprek daarover is toch in alle redelijkheid mogelijk?

In tijden van paniek en onzekerheid moeten we voor alles vasthouden aan basale uitgangspunten. Eén hiervan is het principe van de scheiding van kerk en staat. Veel politici zeggen dat dit een fundamenteel uitgangspunt is voor de democratische rechtsstaat waarin wij leven. Maar houden ze zich er ook aan? Scheiding van kerk en staat betekent namelijk niet alleen dat de kerk geen macht toekomt als het om de politieke besluitvorming gaat. Maar voor de staat heeft deze institutionele scheiding tot gevolg dat hij zich niet mengt in interne kerkelijke aangelegenheden.

In tijden van paniek en onzekerheid moeten we voor alles vasthouden aan basale uitgangspunten. Eén hiervan is het principe van de scheiding van kerk en staat.

Uit dit principe vloeien dus twee begrenzingen voort: de kerk heerst niet over de staat, maar evenmin heerst de staat over de kerk. Dat vraagt enerzijds om eerbiediging van het overheidsgezag door kerkenraden en kerkgangers. En het vraagt anderzijds om respect voor de eigen aard van de kerk door politici en bestuurders. Ik hoop dat ook dit laatste meer wordt beseft en in zichtbaar praktijk gebracht, bijvoorbeeld door de burgemeester van Amsterdam.

Deze week zien we echter dat ook ‘de straat’ over de kerk dreigt te gaan heersen. Wie beschermt de kerk tegen dit soort door sociale media aangewakkerde volksgerichten? Komt de overheid hier haar plicht om recht te doen aan allen en een ieder wel voldoende na? Hebben bestuurders de moed om ook datgene beschermen waarvoor bij velen weinig begrip blijkt te bestaan, maar wat voor christenen uiterst waardevol is? Want zij kunnen niet leven zonder de zegen van God en zonder de Woordverkondiging, die hart en ziel en zinnen versterken.

Maar omdat veel Nederlanders menen dat de ziel van een mens niet bestaat (omdat je die niet kunt waarnemen), ontberen ze elk gevoel voor de eigen aard van de kerk en het bijzondere karakter van een kerkdienst. Men zegt: gelijke monniken, gelijke kappen. Daarom geen uitzonderingen. Ook als het om heel verschillende zaken gaat, moeten die toch in één uniforme mal worden geperst. Met disproportionele en draagvlak-ondermijnende maatregelen tot gevolg: terug naar 30 kerkgangers, ook als een groot kerkgebouw er met twee meter onderlinge afstand wel 500 kan herbergen. Ongelijke monniken krijgen toch gelijke kappen. Dat dit wringt met rechtsstatelijke beginselen, daarover bekreunt men zich niet. Met ‘Staphorst’ kun je sollen.

Als ‘de straat’ tekeer gaat en de staat daaraan toegeeft, kan de kerk bitter weinig daartegen doen. 

Als ‘de straat’ tekeer gaat en de staat daaraan toegeeft, kan de kerk bitter weinig daartegen doen. Het is immers aan politici en bestuurders om de scanderende schare tot kalmte te brengen, zoals ooit de stadsschrijver van Efeze deed toen de apostel Paulus en zijn metgezellen het rumoer van de straat over zich heen kregen (zie Handelingen 19).

Enfin, mochten de Staphorster kerkgangers die zich afgelopen zondag in verschillende groepen verdeelden, toch graag allen tezamen bijeen willen komen, dan kunnen ze altijd nog (doordeweeks) afreizen naar de Brabanthallen in het Roomsche Den Bosch. Alle monniken zijn gelijk, maar sommige zijn meer gelijk dan andere.

Deze column werd op 6 oktober 2020 geschreven door Jan Schippers, directeur van het Wetenschappelijk Instituut voor de SGP