Financiële verantwoording
Er liggen grote financiële uitdagingen voor de toekomst van Nederland. Met stip op één de broodnodige investeringen in Defensie. Maar ook worden we geconfronteerd met enorme opgaven op het gebied van (regionale) infrastructuur, verduurzaming en de aanpak van de woningnood.
Al deze ambities kosten geld. Geld dat voornamelijk wordt opgehaald via belastingen bij bedrijven en gezinnen. Daarvoor zijn heldere spelregels nodig. Want niet alleen burgers en bedrijven moeten verstandig met hun geld omgaan, de overheid moet dat ook. We gaan dus ook niet zomaar allerlei belastingen verhogen.
- De hand moet stevig op de knip. In goede jaren wordt gespaard voor magere jaren. Het zou namelijk heel onrechtvaardig zijn om toekomstige generaties met een torenhoge schuld op te zadelen. Dat gaan we dus ook niet doen. De begrotingsregels, zoals de schuldnorm van 60% van het BBP en de tekortnorm van maximaal 3% van het BBP, moeten nageleefd worden zodat het financieel beleid degelijk en houdbaar is. Investeringen die pas tot uiting komen in de verre toekomst hoeven niet enkel door de huidige generatie te worden betaald.
- Wij willen dat er goed gekeken wordt hoe de groei van de overheidsuitgaven beperkt kan worden, zeker nu de Defensie-investeringen gaan stijgen. De SGP kijkt daarom kritisch naar de uitgaven aan (onnodige) zorg, sociale zekerheid en de uitgaven bij de overheid zelf. Ook verhogen we de belastingen op milieu. Ondernemers gaan we niet uitmelken, wat helaas maar al te veel gebeurt. Wel moet ook deze groep uiteraard hun eerlijke deel afdragen.
- De overheid moet zich richten op haar kerntaken en efficiënt werken. Concreet betekent dit: snoeien in het woud van regels, minder subsidies en minder overheidsbemoeienis. Om de overheidsuitgaven te kunnen beteugelen, is een kleine(re) en daadkrachtige overheid nodig. Een overheid die haar grenzen kent.
- Het is niet meer dan logisch dat het belastinggeld op een doelmatige en doeltreffende manier ingezet moet worden, zodat overheidsbeleid niet alleen financieel degelijk, maar ook financieel rechtmatig is. Daarnaast moet het financieel beleid ook vertrouwen wekken, financieel jojobeleid past daar niet bij.
- Het budgetrecht van de Kamer is van groot belang voor een stevige parlementaire controle op de overheidsuitgaven. Daarvoor zijn realistische ramingen van begrotingen nodig. De afgelopen jaren lagen de ramingen en uitkomsten vaak ver uit elkaar. Dat moet beter.
- Nederland moet zich in de EU steviger inzetten voor het naleven van Europese begrotingsregels. Er komen daarnaast in Europees verband geen extra opkoopprogramma’s, geen extra leningen en geen gemeenschappelijke schulden (eurobonds). Belastingen blijven een nationale aangelegenheid. De Europese Centrale Bank gaat zich weer richten op haar kerntaken: het bewaken van de prijsstabiliteit.
Keuzes in Kaart
Veel keuzes in dit verkiezingsprogramma hebben gevolgen voor de staatsschuld, voor de koopkracht, voor de werkgelegenheid en voor andere zaken. Om dit goed in beeld te krijgen, worden onze voorstellen die financiële gevolgen hebben, doorgerekend door het Centraal Planbureau. De resultaten hiervan vindt u in de publicatie ‘Keuzes in Kaart 2027-2030’. Deze publicatie verschijnt op 10 oktober 2025.
