13 januari 2021

'Schrikbarende cijfers over christenvervolging'

“De jaarlijkse ranglijst van Open Doors over christenvervolging bewijst opnieuw dat christenen het steeds zwaarder krijgen. Wereldwijd lijden 340 miljoen christenen onder vervolging. Je weet het, maar iedere keer schrik ik er weer van. Deze schrikbarende cijfers onderstrepen hoe urgent en noodzakelijk het is om hulp te bieden aan deze allergrootste groep onderdrukten in de wereld.”

Dat zegt SGP-voorman Kees van der Staaij in reactie op het rapport van Open Doors over christenvervolging. Opmerkelijk in het rapport van Open Doors is dat het geweld in Afrika, met name in Nigeria (Boko Haram!), fors toeneemt. Ook in China wordt de al dan niet openlijke druk enorm opgevoerd. Dichterbij huis valt op dat het Turkije van Erdogan steeds vijandiger wordt, met name richting Armeense en Grieks-orthodoxe gelovigen.

In de verkiezingscampagne van de SGP is een van de speerpunten de bestrijding van christenvervolgingen. Waar de SGP al jaren voor strijdt is een speciaal rapporteur voor de godsdienstvrijheid die landen moet aanmoedigen om het op te nemen voor degenen die om hun geloof worden vervolgd, of dat nu christenen zijn of anderen. Een ander actiepunt is ‘het bestrijden van moslimfundamentalisme en -terreur’.

Kees van der Staaij: “Ik zie dat in de top 10 van landen waar christenen het het slechtst hebben 7 islamitische landen staan. Dat laat zien hoe veel islamieten tegen christenen, en ook Joden trouwens, aankijken.” Ronduit zorgelijk is de SGP over de Chinezen. “China wordt steeds meer een totalitaire controlestaat waar de staat tot in de huiskamers aan toe in de gaten houdt. Als je kijkt naar wat de Oeigoeren wordt aangedaan, dan kun je wel nagaan wat onze geloofsgenoten te wachten staat, en dat in een land waar we ‘normaal’ handel mee drijven en normale diplomatieke banden onderhouden. Ik vrees het ergste,” aldus Kees van der Staaij.

Schriftelijke vragen van de leden Van der Staaij (SGP), Voordewind (CU) en Van Helvert (CDA) aan de ministers van Buitenlandse Zaken en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de Ranglijst Christenvervolging 2021 van Open Doors:

  1. Hebt u kennis genomen van de Ranglijst Christenvervolging 2021?
  2. Hoe beoordeelt u de bevinding van Open Doors dat vervolging van christenen intensiveert, dat nu alle 50 landen van de Ranglijst vallen in de categorieën ‘zeer zware’ of ‘extreme’ vervolging, en dat dit in totaal gaat over 309 miljoen christenen?
  3. Hoe beoordeelt u dat volgens Open Doors in 2020 (meetperiode 1 oktober 2019 – 30 september 2020) ruim 4.700 christenen vanwege hun geloofsovertuiging zijn vermoord, 4.488 kerken en christelijke gebouwen (zoals scholen, ziekenhuizen en begraafplaatsen) werden aangevallen, 4.277 christenen zonder vorm van proces gearresteerd, veroordeeld of gevangengezet werden, en dat ruim 1.700 christenen gekidnapt werden?
  4. Herkent u de negatieve invloed van de Covid-19 pandemie op de positie van religieuze minderheden, waaronder christenen, en wat doet u hieraan?
  5. Hoe verhouden de talloze voorbeelden van uitsluiting of discriminatie bij de uitdeling van (voedsel)hulp in met name Aziatische en Afrikaanse landen en van het aanwijzen van christenen als schuldigen van de pandemie, zich tot de vier ‘quick scans’ die u begin oktober presenteerde? Zijn er reeds concrete resultaten te benoemen op basis van de daarin opgenomen aanbevelingen?
  6. Deelt u de opvatting dat er de laatste jaren sprake is van een verwoestende toename van geweld door islamitische extremistische groepen zoals Boko Haram, ISWAP, ADF en Anwar al-Sunna tegen christenen in landen in de sub-Sahara Afrika regio zoals Nigeria, Mozambique en de Democratische Republiek Congo (DRC)?
  7. Welke mogelijkheden ziet u bilateraal en in Europees en internationaal verband voor het nemen van (verdere) initiatieven om dit geweld uit te bannen?
  8. Herkent u een voortgaande verslechtering van de situatie in Nigeria, waar vorig jaar 3.530 christenen werden vermoord vanwege hun geloofsovertuiging en niet hoofdzakelijk om sociaaleconomische redenen, zoals u aangaf in antwoord op eerdere schriftelijke vragen?
  9. Onderschrijft u dat de Nigeriaanse overheid onvoldoende bij machte is om haar burgers te beschermen tegen deze aanvallen en dat de overheid het laat gebeuren dat het noorden van het land verder islamiseert? Bent u bereid hierover rechtstreeks in gesprek te gaan met de Nigeriaanse overheid?
  10. Volgens Open Doors zijn er sterke argumenten dat Boko Haram en ISWAP zich schuldig maken aan misdaden tegen de menselijkheid en aan genocide. Bent u bereid in VN-verband het initiatief te nemen tot een nader internationaal onderzoek?
  11. Herkent u een verdere toename van de inzet van digitale controlemiddelen zoals camera’s, apps en online monitoring – soms onder de noemer van coronabestrijding – in met name China om de bevolking en in het bijzonder minderheden als christenen en moslims in de gaten te houden, onder druk te zetten en buiten te sluiten?
  12. Spant u zich ervoor in dat dit niet gebeurt met (behulp van) technologie afkomstig van bedrijven uit Nederland en andere Europese landen? Kunt u een overzicht geven van de huidige (export)regels op dit vlak, en vergen deze regels nadere aanscherping?
  13. Ziet u ook mogelijkheden om op te treden tegen de toenemende sinificatie (‘verchinezing’) van religies zoals het christendom en de islam en de staatsbemoeienis met geloofsuitingen in China? Beaamt u dat ook dit fundamenteel indruist tegen internationaalrechtelijke principes op het vlak van godsdienstvrijheid? Wilt u hiertegen protest aan te tekenen in uw diplomatieke contacten met het land?
  14. In hoeverre bent u van mening dat het EU-China Investeringsakkoord (CAI) rekening houdt met de ernstige mensenrechtenschendingen in het land? Deelt u de mening van een groep China-experts dat de EU, mede in het licht van bovenstaande vraagstukken, geen haast zou moeten maken met het sluiten van dit akkoord?
  15. Herkent u een groeiend nationalisme op basis van religieuze identiteit in landen als Turkije en India met verstrekkende gevolgen voor religieuze minderheden zoals christenen? Bent u bereid om de ontwrichtende rol die Turkije vaak speelt in de regio, waaronder Nagorno-Karabach, Noord-Irak, Syrië en Libië, te benoemen en waar mogelijk actie te ondernemen?
  16. Welke mogelijkheden ziet u om de aanhoudende aanvallen van Hindoe-extremisten tegen christenen in India en de bijbehorende straffeloosheid aan de orde te stellen?
  17. Welke mogelijkheden ziet u, ook in het licht van de motie-Stoffer/Voordewind (Kamerstuk 35 000-XVII, 49) voor het versterken en stimuleren van de rechtsorde en het tegengaan van straffeloosheid van o.a. criminele organisaties in Midden- en Latijns-Amerika?
  18. Wat kunt u doen om de dubbele kwetsbaarheid van meisjes en vrouwen uit religieuze minderheden waaronder christenen te adresseren? Waar ziet u mogelijkheden om te waarborgen dat meisjes en vrouwen gelijk worden gezien volgens de wet en dat geweld tegen hen, zoals verkrachting, ontvoering en gedwongen huwelijken, niet ongestraft blijven?
  19. Welke mogelijkheden ziet u om landen van de Ranglijst, en prioritair de top 25, aan te spreken op internationale verdragen die zij ondertekend hebben en in de praktijk soms met de voeten treden?
  20. Uit onderzoek blijkt dat religieuze minderheden bij hulpprogramma’s van overheden worden buitengesloten of gediscrimineerd. Deelt u de mening dat local faith actors (LFA’s) een belangrijke rol kunnen spelen bij de verspreiding van noodhulp en de wederopbouw van hun land, bijvoorbeeld in Syrië?
  21. Kunt u aan de hand van data laten zien dat door Nederland ondersteunde hulpprogramma’s gebruik maken van LFA’s?
  22. Stuurt u, samen met uw collega voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, bij noodhulpoperaties rondom onder meer COVID-19 op hulpverlening voor iedereen, zodat niet geselecteerd wordt op religieuze identiteit? Bent u bereid misstanden tegen te gaan?
  23. Waar ziet u mogelijkheden om samen te werken met andere speciaal gezanten voor de vrijheid van godsdienst en levensovertuiging (FoRB) binnen en buiten Europa om samen de schendingen van vrijheid van godsdienst en levensovertuiging aan te kaarten, zoals gesignaleerd in de rapportage van de Ranglijst? Deelt u - in het licht van de alarmerende informatie die de Ranglijst Christenvervolging 2021 biedt - de mening dat de reeds 1 jaar bestaande vacature van speciaal gezant FoRB in Europa dringend vervuld dient te worden?
  24. Waar en hoe biedt de Ranglijst Christenvervolging 2021 en de onderliggende landendossiers verdere aanknopingspunten voor het mensenrechtenbeleid van Nederland en voor de toekomstige inzet van de Mensenrechtenambassadeur en de Speciaal Gezant voor Religie en Levensovertuiging?